Post Traumatische Stress Stoornis (PTSS)

Ziektebeeld

Een posttraumatische stressstoornis (PTSS) kan ontstaan als om een of andere reden het meemaken van een schokkende gebeurtenis (trauma) niet goed verwerkt wordt. De klachten en verschijnselen die optreden zijn eigenlijk een normale reactie op een ernstige bedreiging. Het is een combinatie van lichamelijke en psychische verschijnselen. Typische klachten en verschijnselen van PTSS zijn:

  • Een toegenomen gevoel van spanning en opwinding dat voor het trauma niet aanwezig was en dat leidt tot slapeloosheid, concentratieproblemen, heftige schrikreacties, verhoogde prikkelbaarheid.
  • Het herbeleven van de schokkende gebeurtenis in de vorm van nachtmerries (gepaard met slecht slapen), herinneringen, flashbacks (plotseling herinnering uit het verleden, associatie van gedachten) en dissociatie (letterlijk ‘ontkoppeling’ of ‘uiteenvallen’, bij dissociatie worden bepaalde gedachten, emoties, waarnemingen of herinneringen buiten het bewustzijn worden geplaatst, zijn tijdelijk niet ‘oproepbaar’ zijn of vertonen minder samenhang).
  • Bij PTSS gaan mensen prikkels en situaties vermijden die met de gebeurtenis in verband kunnen worden gebracht. Er kan gedeeltelijk geheugenverlies optreden.
  • Verschillende bijkomende klachten zoals gevoel van vervreemding (ik hoor er niet bij), geen belangstelling meer voor de toekomst, minder belangstelling voor de omgeving of verdoofd reageren op de omgeving, minder gevoelens kunnen uiten.

Oorzaken

Het meemaken of toeschouwer zijn van een schokkende gebeurtenis zoals oorlogservaringen of andersoortige trauma’s zoals natuurrampen, vliegtuigongelukken, terroristische aanslagen, aanranding, verkrachting, bankovervallen of berovingen met geweld, confrontatie met iemand die ernstig gewond is of gedood

Of een schokkende gebeurtenis leidt tot PTSS hangt onder andere samen met de betekenis van het trauma voor het individu, de al dan niet ervaren steun uit de omgeving, de vaardigheden waarover het individu beschikt om met problemen om te gaan (coping).

Er is sprake van beroepsgebonden PTSS als de schokkende gebeurtenis die de oorzaak is van de PTSS tijdens het werk heeft plaatsgevonden.

Diagnostiek

De diagnose PTSS zal altijd door een arts of andere deskundige op het terrein van psychische klachten gesteld worden.

Deze deskundigen kunnen gebruik maken van hulpmiddelen zoals de SchokVerwerkingsLijst (SVL) om klachten van herbeleving en vermijding na een ingrijpende gebeurtenis in kaart te brengen. Dit kan de diagnose PTSS ondersteunen.

Om vast te stellen of PTSS werk- of beroepsgebonden is, kan de bedrijfsarts gebruik maken van de NCvB registratie richtlijn.

Vóórkomen

In beroepen en werkzaamheden waarbij de kans op het meemaken van schokkende gebeurtenissen groot is, is meer risico van PTSS. Denk bijvoorbeeld aan politie, brandweer, ambulancepersoneel en militairen.

Daarnaast kan PTSS voorkomen in beroepen waar een bedreigende situatie kan voorkomen zoals bij bank- en winkelpersoneel (overvallen), medewerkers in de gezondheidszorg (verpleegkundigen), sociale dienstverlening (sociale dienst, jongerenwerk) en controlerende functies (treinconducteurs, tram- en buschauffeurs).

Beroepen in de transportsector waar ongevallen een belangrijke bron van traumatische gebeurtenissen zijn (bus- en vrachtwagenchauffeurs en treinmachinisten).

Preventie

Om beroepsgebonden PTSS te voorkomen, zullen schokkende gebeurtenissen in het werk en op de werkplek voorkomen moeten worden. Bij incidenten die zijn te voorkomen, verdient dit de voorkeur (primaire preventie).

Wanneer schokkende gebeurtenissen toch optreden, zijn er mogelijkheden om het ontwikkelen van PTSS zoveel mogelijk te voorkomen (secundaire preventie).

De manier waarop ieder potentieel slachtoffer zo goed mogelijk begeleid kan worden na een eventuele schokkende gebeurtenis kan van te voren worden opgeschreven in een protocol. Daarin staat ook wanneer de werkgever een beroep zal doen op professionele hulp van buiten.

Als er een protocol is, komt de hulp snel op gang. Slachtoffers kunnen dan snel praten als zij dat willen. Grotere organisaties stellen hier vaak zelf iemand voor aan.

Uit onderzoek blijkt dat de hulp aan slachtoffers meer in moet houden dan een eenmalig gesprek (debriefing), omdat daarvan is aangetoond dat het chronische PTSS niet voorkomt.