Antrax of miltvuur is een zoönose die wordt veroorzaakt door de miltvuurbacterie Bacillus anthracis. Op deze website heb ik er al eerder aandacht aan besteed omdat het in bijzondere gevallen ook werkgerelateerd kan zijn. Recent is een interessant overzichtsartikel verschenen waarin het klinische beeld en de demografie van antrax-gevallen uitgebreid wordt beschreven op basis van systematisch literatuuronderzoek over de periode 1880-2018.

Demografie
Nadat de onderzoekers (Hendricks et al. 2022) hun aanpak en kwaliteitscontrole hebben beschreven komen ze tot het volgende overzicht van geïncludeerde patiënten. In hun analyse zijn 965 patiënten beschreven in de Engelstalige literatuur: 764 volwassen, 167 kinderen (18%) en 34 individuen waarvan geen leeftijd bekend is. Hiervan was 92% in het ziekenhuis opgenomen, kreeg 6% medische zorg thuis en ging het om 25 overleden patiënten bij wie een autopsie werd uitgevoerd. De helft van de patiënten was tussen 18 en 45 jaar en een kwart tussen 46 en 64 jaar. Het ging in 77% om mannen.
De onderzoekers vergeleken vier periodes: 1880–1915, 1916–1950, 1951–1985 en 1986–2018. Het bleek dat de meeste gevallen optreden in de tweede (46%) en de vierde (34%) periode. In de eerste periode kwamen de meeste gevallen uit Europa (93% voor volwassenen en 100% voor kinderen). In de tweede periode werden 84% van de volwassen gevallen en 51% van de kindergevallen gerapporteerd in Noord-Amerika. Na 1950 kwamen veel meldingen uit Azië (54% van de volwassenen en 87% van de kinderen).
Blootstellingsroute
Van de meeste patiënten is de blootstellingsroute bekend. Onder volwassenen is het direct contact met dieren steeds belangrijker geworden en dat liep op tot 45% in de periode 1986-2018. Beroepsgebonden blootstelling zoals kan optreden bij het verwerken van wol, haar, leer en dergelijke waren in de vorige eeuw verantwoordelijk voor ruim de helft van de gevallen. Een enkele keer veroorzaakt contact met een eindproduct een besmetting, maar na 1951 nauwelijks meer.
In de recente periode zijn 89 gevallen beschreven die verband houden met biologische oorlogsvoering of bioterrorisme: 77 in de voormalige Sovjet-Unie en 12 in de Verenigde Staten. In de Sovjet-Unie had de uitbraak te maken met een incident waarbij B. anthracis vrijkwam bij de productie van biologische wapens in het voorjaar van 1979. De gevallen in de VS hadden te maken met brieven met antrax sporen die via de post werden verstuurd.
Patiënten die ziek werden van antrax in de natuur werden opgenomen met antrax van de huid (440; 66%), antrax na inhalatie (80; 2%) of antrax na inslikken (30; 5%). Bij 4% ging het om primaire meningitis en bij 9% om injectie van antrax (alleen beschreven na 1986).
Sterfte en incubatietijd
In totaal overleed meer dan de helft (56%) van de volwassenen aan antrax. De hoogste sterfte betrof de primaire meningitis (93%), gevolgd door inhalatie antrax (85%) en antrax na inslikken (74%). De sterfte onder patiënten met de huidvorm van antrax lag op 46% en bij injectie op 33%. Veel van de patiënten stierven snel, vaak binnen een dag.
Over de incubatietijd zijn weinig gegevens bekend. De mediane incubatietijd was 1 dag bij injectie antrax, 2 dagen voor primaire meningitis en huid antrax, 3 dagen voor antrax door inslikken en 7 dagen voor inhalatie antrax.
Klachten en Symptomen
De meeste patiënten vertonen een combinatie van klachten zoals koorts, koude rilling en vermoeidheid. Bij inhalatie en injectie antrax komt angst en zweten voor. Bij antrax door inslikken en inhalatie ook benauwdheid, buikklachten, misselijkheid en braken. Meest onderscheidend zijn hoesten en diarree voor de blootstellingsroute: inhalatie dan wel inslikken, Ernstige hoofdpijn komt vooral voor bij primaire meningitis.
Het artikel gaat verder in op de diagnostiek bij volwassenen en kinderen en op de vaak optredende complicaties (meningitis, sepsis, bloedstollingsproblemen door trombocytopenie etc.) en behandeling. Deze informatie is waardevol voor wie te maken krijgt met de behandeling van deze zoönotische infectieziekte. De blootstellingsroute is zeer bepalend voor zowel de symptomen als de mogelijke complicaties.
Concluderend
De onderzoekers maken met hun uitgebreide studie duidelijk dat de manier waarop een dergelijke ernstige infectieziekte zich manifesteert in de loop van de tijd sterk kan veranderen. Intussen blijft het risico op antrax aanwezig in de werksituatie. Of dat nu door bioterrorisme is of door intensief contact met natuurlijk besmette materialen of dieren. Hoewel duidelijk dat dit zeldzaam is, lijkt kennis van transmissie en ziektebeelden ook in deze tijd van belang. Een mooi overzichtsartikel zoals dit is dan ook altijd welkom.
Bronnen
Katherine Hendricks, Marissa K Person, John S Bradley, Thitipong Mongkolrattanothai, Nathaniel Hupert, Peter Eichacker, Arthur M Friedlander, William A Bower, Clinical Features of Patients Hospitalized for All Routes of Anthrax, 1880–2018: A Systematic Review, Clinical Infectious Diseases, Volume 75, Issue Supplement_3, 15 October 2022, Pages S341–S353, https://doi.org/10.1093/cid/ciac534