Tot de meest voorkomende beroepsziekten behoren nog altijd de aandoeningen van het houdings- en bewegingsapparaat. Door het werk veroorzaakte spier- en gewrichtsklachten worden doorgaans in verband gebracht met fysieke belasting. Wat betreft sectoren denken we dan al gauw aan de bouw of de industrie, aan banen die in de literatuur vaak worden aangeduid als blue collar, blauwe boorden werk. Een goed overzicht van de incidentie en prevalentie van spier- en gewrichtsklachten in de industrie was er tot voor kort niet. Maar recent is dit door Govaerts et al. op een rijtje gezet in een systematisch literatuuronderzoek en meta-analyse. Zij richtten zich op de zogenaamde maakindustrie (secondary industry) in Europa en dan gaat het om bedrijven waar grondstoffen worden verwerkt tot consumenten producten.

Maakindustrie
Bedrijven in de maakindustrie kennen in hun werkproces verschillende risicofactoren voor spier- en gewrichtsklachten. Denk bijvoorbeeld aan repeterende bewegingen, het zetten van kracht (tillen, duwen, trekken etc.) en het werken in ongunstige houdingen (gebogen, gedraaid, boven schouderhoogte etc.). Daarnaast benoemen de onderzoekers ook meer psychosociale kenmerken die kunnen bijdragen aan klachten zoals werkdruk, onvoldoende steun van leidinggevenden of collega’s en gebrek aan waardering. Het optreden van spier- en gewrichtsklachten in de maakindustrie kan zowel in ziektelast als in economische zin een grote belasting opleveren voor zowel de werknemers als het bedrijf. Het uitgevoerde systematische literatuuronderzoek moet de vraag beantwoorden hoe groot de incidentie en prevalentie van spier- en gewrichtsklachten is in de huidige Europese maakindustrie.
Methode
Er is gezocht in vijf databases (PubMed, Web of Science, ScienceDirect, Cochrane library en Scopus). De zoekstrategie en de in- en exclusie criteria zijn uitgebreid beschreven. Uiteindelijk zijn van de 4371 gevonden artikelen, 34 studies opgenomen in de kwalitatieve analyse en 17 in de kwantitatieve analyse. De spier- en gewrichtsklachten die zijn meegenomen omvatten 12 subgroepen: rug (totaal). bovenrug, lage rug, nek, schouder, nek- en schouder, elleboog, pols en hand, been (totaal), heup, knie en enkel en voet.
Resultaten
De bevindingen zijn uitgebreid geanalyseerd en deze tabellen zijn terug te vinden in het artikel. Samenvattend blijken de meeste spier- en gewrichtsklachten voor te komen in de volgende regio’s; gemiddelde prevalentie en variatie
- Rug (totaal): gemiddeld 60% (variërend van 38 tot 72%)
- Nek en schouder: gemiddeld 54% (variërend van 18 tot 83%)
- Nek gemiddeld 51% (variërend van 32 tot 69%)
- Schouder: gemiddeld 50% (variërend van 23 tot 78%)
- Lage rug: gemiddeld 47% (variërend van 24 tot 71%)
- Pols: gemiddeld 42% (variërend van 14 tot 64%)
De incidentie van spier- en gewrichtsklachten van de armen kwam het meest voor en varieerde van 0,04 tot 0,26. Dit betekent dat gedurende de periode van een jaar 4 tot 26 werknemers per 100 werknemers klachten ontwikkelden. Of de incidentie over de jaren toeneemt of afneemt, is moeilijk vast te stellen omdat de studies elkaar daarin tegenspreken. De sector waarin het meeste onderzoek is gedaan is de voedingsindustrie. Hier komen relatief veel spier- en gewrichtsklachten voor. Een wellicht ongunstige bijkomende factor daarbij is dat vaak gewerkt wordt in een koude omgeving.
Overwegingen
De onderzoekers bespreken de uitkomsten verder in drie groepen: rugklachten, klachten van de bovenste extremiteiten en klachten van de onderste extremiteiten. Voor de rug komen de cijfers redelijk overeen met eerdere Europese surveys. Duidelijk is dat de bovengenoemde fysieke en psychosociale factoren allen een rol kunnen spelen. Ook is duidelijk dat lage rugklachten meer voorkomen dan hoge rugklachten. Als mogelijk preventieve opties wordt gewezen op mechanisatie, automatisering, het gebruik van exoskeletten om de biomechanische belasting te verlagen. Het verschil in prevalentie tussen bovenste en onderste extremiteiten is opvallend. Of dit uitsluitend aan de belasting te wijten is, blijft onduidelijk. Wel is duidelijk dat er veel meer onderzoek is gedaan naar klachten de de bovenste extremiteiten ten opzicht van klachten van de onderste extremiteiten.
Tenslotte wijzen de onderzoekers nog op het verschil in incidentie en prevalentie. Het feit dat de incidentie relatief laag is en soms lijkt te dalen en de prevalentie hoog, duidt erop dat de ziektelast van spier- en gewrichtsklachten langdurig van aard is. Dit inzicht vraagt wellicht om andere dan de huidige preventieve maatregelen.
Bron
Govaerts, R., Tassignon, B., Ghillebert, J. et al. Prevalence and incidence of work-related musculoskeletal disorders in secondary industries of 21st century Europe: a systematic review and meta-analysis. BMC Musculoskelet Disord 22, 751 (2021). https://doi.org/10.1186/s12891-021-04615-9
Lees ook
Vaker Rotator Cuff scheurtjes bij werken boven schouderhoogte