Komen deze klachten door loodblootstelling? Er is een lood in bloedwaarde gemeten boven de grenswaarde, wat moet er gedaan worden? Vragen van bedrijfsartsen en andere arboprofessionals in de helpdesk van het NCvB. Hoewel we al meer dan tweeduizend jaar weten dat loodblootstelling niet gezond is, lijkt het of we vergeten zijn hoe we loodvergiftiging moeten voorkomen, opsporen en behandelen.

Stappenplan
Daarom hieronder wat informatie om vlot aan de slag te kunnen bij het beoordelen van een werknemer met mogelijke klachten ten gevolge van loodblootstelling. Een stappenplan dat min of meer aansluit op het door het NCvB gehanteerde zes-stappenplan om een beroepsziekte vast te stellen. Kan zo nodig de aandoening van de werknemer na het doorlopen ook meteen gemeld worden als beroepsziekte.
Stap 1 en 2
Stel de diagnose door een overzicht te maken van klachten en symptomen
Zijn de gevonden klachten passend bij wat beschreven wordt in de literatuur
Via de anamnese en eventueel aanvullend onderzoek worden de klachten van de werknemer geïnventariseerd. Hierbij kan tabel 1 behulpzaam zijn. Vraag ook naar eventuele gezondheidsklachten bij anderen in het huishouden of in de naaste familie.
De hieronder beschreven symptomen van de patiënt zijn fictief, maar gebaseerd op een groot aantal gevallen. Vergelijk ze met de in de laatste kolom weergegeven symptomen zoals ze in de literatuur worden beschreven.
Tabel 1 Symptomen van de patiënt en zoals bekend uit de literatuur
Orgaan | Symptomen patiënt | Symptomen literatuur |
Bloed | Erg vermoeid, nergens zin in, slecht slapen | Anemie, vermoeidheid |
Nieren | Eenmaal jichtaanval | Loodnefropathie met veranderend uitscheiding van urinezuur en jicht, |
Nierstenen | Verstoorde uitscheiding van urinezuur en fosfaat en nierstenen | |
Maag-darm | Misselijk, weinig eetlust | Diffuse buikpijn of koliekpijn, misselijkheid en braken, anorexie, gewichtsverlies |
Cardio-vasculair | Hoge bloeddruk die slecht reageert op medicatie | Hypertensie mogelijk door aantasting van de vaten in de nieren en veranderingen in onder meer het calcium metabolisme |
Neurologisch | Hoofdpijn na het werk | Hoofdpijn |
Stemming wisselt vaak, snel boos | Acute hoge blootstelling: sufheid, tremor, hoofdpijn, onrust, ataxie, hallucinaties, coma, convulsies | |
Vergeetachtig | ||
Onhandiger dan vroeger | Chronische blootstelling bij volwassenen: gedragsveranderingen en neuro-psychiatrische aandoeningen | |
Trilling in de hand | ||
Geregeld doof gevoel en tintelingen in de vingers | Perifere neuropathie met paresthesie | |
Minder kracht in de hand | Paresis, paralysis (wrist drop, ankle drop) |
Stap 3
Overzicht maken van de mogelijke aard van de blootstelling
Inschatting van de hoogte en duur van de blootstelling
Op welke manieren komt de werknemer momenteel in contact met welke vormen van lood? Op welke manieren is de werknemer in het verleden in contact geweest met lood.
Denk aan loodstof via zagen, snijden, buigen van lood, aan werken met loodhoudende producten in poedervorm (bijvoorbeeld pigment)
Denk ook aan looddampen door smelten, verwarmen (bijvoorbeeld loodhagel gieten, glas-in-lood, solderen, schietoefeningen en overmatig werken in uitlaatgassen)
Vraag ook naar loodblootstelling in het verleden (eerder werk, hobby’s etc.), naar de mogelijkheid van in het lichaam achtergebleven loodfragmenten (hagel) en naar aanwezigheid van loden waterleidingen in huizen waar mensen wonen of hebben gewoond.
De opname van lood verloopt vooral via inademen van dampen en stof en via de mond wanneer met lood wordt gewerkt in onvoldoende hygiënische omstandigheden. Eenmaal opgenomen wordt lood verdeeld over drie compartimenten, zie box hieronder:
Lood in het lichaam
Opname vooral via ingestie en inhalatie
Na resorptie verdeling in drie compartimenten:
1] 1-4% naar bloed, 99% in de erythrocyten; van het lood in het plasma wordt circa 40-75% gebonden aan plasma-eiwitten; snelle uitwisseling met andere compartimenten; halfwaardetijd circa 35 dagen
2] 2-10% naar zachte weefsels, met name huid, spieren, lever, nieren, hersenen; langzame uitwisseling met andere compartimenten, halfwaardetijd 30-40 dagen
3] 94% naar botten, accumulatie van lood met de leeftijd, zeer langzame uitwisseling, halfwaardetijd 20-30 jaar. Binnen de botten zijn er nog twee compartimenten: een oppervlakkig deel waarbij uitwisseling van lood mogelijk is en een dieper (corticaal) deel waarvan de uitwisseling beperkt is.
Uitscheiding via de nieren (75-80%), nagels, haren zweet (8%) en maag-darmkanaal (15%); Bij verhoogde botombouw, zoals bij immobilisatie, osteoporose en hyperthyreoïdie, kan de loodspiegel stijgen door het vrijkomen van het lood uit het skelet.
Omgevingsmetingen en biomonitoring
Blootstelling kan uiteraard ook worden bepaald met metingen, zowel omgevingsmetingen van stof en damp als van biologische monitoring in bloed en urine. Zijn dergelijke metingen gedaan, dan zijn ze erg handig om vast te stellen of sprake is van blootstelling, hoe lang al en hoe intensief. Wanneer er lood-in-bloedwaarden bekend zijn kunnen deze worden gelegd naast de biologische grenswaarden. Het is moeilijk om je op een bepaling te baseren. Het is noodzakelijk dit nog een (aantal) keer/keren opnieuw te bepalen, liefst bij verschillende labs om enige zekerheid over de waarde te verkrijgen.
Om blootstelling aan lood aan te tonen wordt in de regel de loodconcentratie in volbloed gemeten. Voor de afname zijn naalden en buisjes nodig die zelf geen lood bevatten. De loodwaarde in het bloed geeft geen informatie over de loodbelasting van de andere compartimenten, weefsels en bot.
Tabel 2: symptomen van loodintoxicatie bij verschillende bloedspiegels
Bloedlood- concentratie (µg/l) | Bloedlood- concentratie (µmol/l) | Symptomen |
< 50 µg/l | < 0,24 µmol/l | – |
50 – 250 µg/l | 0,24 – 1,21 µmol/l | Kinderen: lager IQ, verminderde fijne motoriek, gedragsstoornissen Volwassenen: risico op hypertensie |
250 – 600 µg/l | 1,21 – 2,90 µmol/l | hoofdpijn, prikkelbaarheid, verminderde concentratie, traagheid, anemie |
600 – 800 µg/l | 2,90 – 3,86 µmol/l | gastro-intestinale symptomen en verminderde nierfunctie |
>800 µg/l | 3,86 µmol/l | abdominale pijn (loodkoliek) en nefropathie |
>1000 µg/l | 4,83 µmol/l | encefalopathie, neuropathie |
Stap 4 Zijn er andere verklaringen voor de klachten en symptomen?
Zorgvuldige anamnese waarbij ook het arbeidsverleden en de omstandigheden thuis worden meegenomen kan andere verklaringen opleveren voor de klachten. Dit kan resulteren in een differentiaal diagnose en aanleiding zijn voor nader onderzoek.
Stap 5 Conclusie
Uiteindelijk is voldoende informatie verzameld om een afweging te kunnen maken en een conclusie te trekken.
Stap 6 Welke interventies zijn noodzakelijk en moeten preventieve maatregelen genomen worden?
Uiteindelijk is er nog stap zes die zich richt op de vraag welke interventies nodig zijn voor deze individuele werknemer en of preventieve maatregelen nodig zijn om herhaling of problemen bij anderen te voorkomen. Behandelinformatie is bijvoorbeeld te vinden in de Toxicologie behandelinformatie Monografie lood.
Bronnen:
Hegger et al. Vergiftiging door lood NTvG 1992: 135, nr. 23
Flora et al. Toxicity of lead: a review with recent updates Interdiscip Toxicol 2012; Vol 5(2)47-58
Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers – Commissie Analyse en Toxicologie en Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum van het RIVM Toxicologie behandelinformatie Monografie lood – versie 20110721
Verder lezen:
Zelfs geringe loodblootstelling heeft invloed op hart- en vaten
Chronische loodblootstelling oorzaak van hartfalen
Chronisch hoog lood kan ook psychisch ziek maken
Factsheet Lood